Atrium VUmc

Amsterdam

Een royale en elegante glazen ruimte vormt de nieuwe hoofdentree tot Amsterdam UMC en een plek voor ontmoeting voor onderzoekers en bezoekers. Het uitnodigende karakter wordt gecombineerd met beschutte en kalme kwaliteiten. Dit krijgt vorm middels sprankelende glazen architectuur, met daarin een binnenwereld van zitgelegenheden, kunst en groen op een prachtig doorlopend vloermozaiek.

Het Atrium maakt deel uit van de bouw van Adore, een unieke omgeving voor artsen, onderzoekers en patiënten op oncologisch en neurowetenschappelijk gebied, waarbij diagnostiek, onderzoek en zorg met elkaar worden verbonden. Amsterdam UMC gelooft de beste resultaten in de strijd tegen kanker of tegen neurodegeneratieve aandoeningen geboekt worden als ervaringen van patiënten en onderzoekslijnen geen aparte werelden zijn, maar steeds weer aan elkaar getoetst kunnen worden. Dat vraagt om een fysieke omgeving die dat mogelijk maakt; het Atrium is hierin een hoofmoment, waar patiënt, arts en onderzoeker elkaar ontmoeten. Hier vindt de kruisbestuiving plaats die ervoor zorgt dat over de grenzen van aandoeningen, rollen en specialismen heen kan worden gekeken.

Brightsites

Samen met de Colonnade rond de Botanische Tuin vormt het Atrium een belangrijk publiek moment binnen de nieuwbouw van Amsterdam UMC. Het zijn alle zogenaamde Brightsites, algemene ruimtes waarin welbevinden, comfort en oriëntatie centraal staan. Omgevingen die niet direct geassocieerd worden met medisch handelen en zorg. Doordat het Atrium zich bevindt tussen Adore en Imaging Center is er veel in overleg en in samenwerking gegaan met andere partijen. In de achtergevel worden is daarom op de eerste verdieping een verbindingsbrug tussen Imaging en RDC en een verblijfsterras aangebracht. De detaillering sluit aan bij de Colonnade buiten waarmee de tuinenwereld van buiten naar binnen wordt gehaald. Een trap voert van de brug naar plus 2 waar een buitenterras op de colonnade een aanvullende ruimte wordt in het ontwerp.

Tactiele vormgeving

Het atrium zelf is een transparant object met een grote mate van transparantie. De dakvorm vertaalt zich in een onregelmatig patroon van glasvlakken die het doorzicht materialiseert. Met zwarte kliklijsten buiten en witte kozijnen binnen wordt het contrast tussen interieur en exterieur versterkt en ontstaat een gelaagdheid in het gevelvlak.

De ruimtelijkheid van het Atrium is imposant. Een monumentale leegte op stedelijke schaal, die comfort en gastvrijheid biedt. Ondanks de overmaat is de ruimte tastbaar en aanraakbaar. Het palet aan materialen, kleuren en details ondersteunen het publieke karakter. Het zicht op de gevels van de aanpalende gebouwen maken van het Atrium een overdekte buitenruimte. De vloer van het Atrium is een lust voor het oog. Een beeldend en kleurrijk tegeltableau, levensgroot en hartverwarmend. Deze maakt deel uit van de botanische loper vanuit de tuin tot de overkant van de Van der Boechorststraat. Een aankondiging van de meer verscholen botanische tuin en de onzichtbare aanwezigheid tastbaar gemaakt. Op de loper is plek voor een markant kunstwerk. Binnen het Atrium completeren de uitbundige lichtinval en het vrije zicht op de achterliggende botanische tuin de atmosferische architectuur.

Opdrachtgever: Amsterdam UMC Grootte: 900 m2 Looptijd: 2013-2018 Status: Besteksfase Ontwerpteam: Pieter Scholten (projectleider), Anne Zekveld , Ruben Sannen , Yorma Wolters, Federica Francalancia, Dylan van Wel, Klodiana Millona In samenwerking met: Atelier PRO (Technische uitwerking)